Je kent ze vast wel, die gigantische imposante kerkorgels welke voorzien zijn van tientallen metalen orgelpijpen van verschillende afmetingen. Wellicht weet je dan ook dat er achter het zichtbare gedeelte van zo’n pijporgel nog een arsenaal aan mechanismen schuilgaat. De orgelkas, de klavieren, de windvoorziening en de windladen zijn allemaal nodig om het unieke orgelgeluid te kunnen produceren.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat het bouwen van een kerkorgel veel tijd, geduld en gespecialiseerde kennis vergt. Dit maakt de bouw van een orgel zeer kostbaar. In deze moderne tijd zijn we als mens inmiddels meester geworden in het bedenken van minder gecompliceerde alternatieven voor allerlei zaken. Zo is uiteindelijk ook de moderne variant van het kerkorgel ontstaan.
De basis van zo’n modern kerkorgel is en blijft een origineel pijporgel. Dit is immers essentieel voor de typerende klank van een kerkorgel. Niet alleen bezit elk orgel een unieke klankkleur, ook de kerk of kathedraal waarin het orgel zich bevindt heeft een uniek akoestisch geluid. Het kerkorgel en de akoestiek in het kerkgebouw zijn dan ook volledig op elkaar afgestemd.
Om van een oud kerkorgel een moderne variant te maken moeten er allereerst opnames gemaakt worden van elke toon die het orgel kan voortbrengen. Daarnaast wordt de akoestiek van de ruimte opgevangen door een uitgebreide meting van de geluidsgolven en de resonantie. Al deze data worden in een digitale bibliotheek opgeslagen en geordend, om vervolgens de sound van het pijporgel in de kerk zo accuraat mogelijk na te kunnen bootsen.
De laatste stap bij het maken van een modern kerkorgel is het inruimen van de orgelkast met alle benodigde apparatuur. Denk hierbij aan printplaten met talloze chips, moederborden, verbindingen, versterkers en speakers. In feite zou de titel van dit artikel aldus moeten zijn: Het moderne kerkorgel in zijn oude jasje. De mechaniek van het orgel wordt immers vervangen door allerlei elektronica en apparatuur, terwijl er aan de buitenkant van het kerkorgel niets te zien is. En als het goed is kun je ook niet horen dat er een digitale variant aan het spelen is.
Wanneer de techniek zich verder ontwikkelt in het tempo van de afgelopen jaren, is het in de nabije toekomst wellicht mogelijk om deze apparatuur, welke nu nog steeds behoorlijk veel ruimte in beslag neemt, in omvang te laten afnemen. Misschien is het dan zelfs mogelijk om een moderne refurbished iMac 27 in de orgelkast te plaatsen, waarmee vervolgens dezelfde geluidskwaliteit en klankkleur teweeggebracht kunnen worden als die van het originele oude kerkorgel.